Algemeen rooster
Hieronder zie je het voorbeeldrooster van een lesdag bij ons op school. We werken elke dag met een vast rooster. Zo ziet je week op het Limus er dus uit.
De school is elke dag open vanaf 8.15 uur tot 16.45 uur. In principe begint de schooldag om 9.00 uur en eindigt deze om 15.05 uur. Als je toch graag langer op school aan iets wilt werken of het gewoon gezellig vindt om hier te zijn, kun je vanaf 8.15 uur en tot 16.45 uur wel gewoon lekker aan de slag.
De dagstart en dagafsluiting
Elke dag begin je met je mentorgroep, dat doen we met een dagstart.
Samen bespreken jullie wat er die dag op het programma staat, of er vragen zijn waarmee een medeleerling of een docent je kan helpen. De mentor checkt of iedereen goed in zijn/haar vel zit om de dag te starten en het kan zijn dat we de actualiteit bespreken of een groepsactiviteit doen.
Daarnaast zullen we regelmatig een half uur lezen omdat wij leesonderwijs belangrijk vinden of mogen leerlingen oefenen met de basisvaardigheden: dat doen we met een digitaal programma waardoor bijvoorbeeld de ene leerling kan oefenen met rekenen als hij dat lastig vindt en de andere leerling kan werken aan werkwoordspelling.
Ditzelfde gebeurt ook aan het eind van de dag. Dan wordt gekeken of alles gelukt is en je morgen goed verder kunt.
Kernvaklessen
Nederlands, Engels en wiskunde zijn de kernvakken, je volgt deze op het niveau dat je basisschool (of vorige school) heeft geadviseerd. Maar omdat dit één advies is dat verschillend per vak kan zijn, kijken we samen met jou per vak welk niveau jij aankunt. Je krijgt instructie en verwerking aangeboden op dat niveau en je docent daagt je verder uit als dat nodig is.
Je krijgt in onze brede brugklas ruim de tijd om voor elk vak te ontdekken wat je kunt, in leerjaar drie bepalen we uiteindelijk welke examenroute jij het beste kan volgen.
Taallab: vreemde talen zeg!
Bij ons leer je de vreemde talen Spaans en Duits. Voor het leren van deze talen dagen wij je uit op je eigen niveau. Je krijgt de kans je vaardigheden te ontwikkelen en in leerjaar drie maak je uiteindelijke een keuze of en in welke vakken jij eindexamen zou willen doen. Naast deze twee talen is er in het Taallab ook ruimte voor jouw nieuwsgierigheid!
Ga je op vakantie naar Frankrijk of Portugal? Dan kan je in ons Taallab ook (een stukje van) een andere vreemde taal leren. Dat is wel zo handig als je nieuwe vrienden wilt maken op de camping.
Een levensecht project!
Bij ons werk je ongeveer de helft van je schooldag aan projecten. Door te werken in projecten leer je op een superleuke én goede manier!
De wetenschap heeft namelijk bewezen dat projectmatig werken de beste manier is om leerstof te laten blijven plakken bij kinderen. In elk project verbinden wij dus de kennis die je leert bij vakken zoals natuurkunde, aardrijkskunde, scheikunde, kunst, economie, biologie, geschiedenis en techniek. Wij werken met vier projecten per jaar in de onderbouw. In de leercirkel hieronder zie je de stappen die we elk project zetten. Onder de cirkel leggen we uit hoe dat er per stap uitziet.
De projectstappen uitgelegd
1. Eerst maak jij kennis met het onderwerp. Dit wordt bijvoorbeeld op een prikkelende, enthousiasmerende manier gepresenteerd door de docent of iemand uit het bedrijfsleven, maar het kan ook zijn dat we ergens op bezoek gaan om jouw nieuwsgierigheid te prikkelen.
2. Daarna kijken we wat jij al weet over dit onderwerp. Vaak weet je al wel iets over, dat kun je delen met je medeleerlingen.
3. Vervolgens zie je wat je nog gaat leren. Dit bestaat uit twee delen: één deel staat vast, dit zijn leerdoelen waarvan de overheid en wij vinden dat ze voor ieder kind belangrijk zijn om te leren. Het tweede deel is dat waar jij nieuwsgierig naar bent: wat wil jij graag weten of leren over dit onderwerp? Als het nodig is voegen we daarvan nog leerdoelen toe. Dat kan, omdat we in onze projecten ruimte creëren voor het volgen van jouw nieuwsgierigheid. Je weet dus altijd als je project begint wat je gaat leren. Je kunt of kent het nog niet, maar je weet wel dat je dit aan het eind van het project onder de knie hebt.
4. Dan ga je op onderzoek uit, samen met je projectgroepje. Tijdens dit onderzoek bieden wij je ook verdiepingslessen aan. Dit kan de ene keer gaan over celdeling bij biologie, en de andere keer kan het een verdiepingsles economie zijn over budget en begrotingen.
5. Uit de verdiepingslessen en/of je eigen onderzoek leg je vast wat jij hebt ontdekt en wat je geleerd hebt. Je leert daarbij natuurlijk ook van je groepsgenoten.
6. Met je projectgroepje voeg je uiteindelijk alle bevindingen samen en maak je een eindpresentatie van wat je geleerd hebt. Deze presentatie is altijd voor een publiek. Dit kunnen medeleerlingen zijn, maar ook ouders of het bedrijf dat de opdracht voor het project heeft bedacht.
Deze presentatie kan verschillende vormen hebben; een powerpoint, maar ook een filmpje of een lied, een kunstwerk of een essay. Dit is afhankelijk van het leerdoel wat de docent heeft vastgesteld of je persoonlijke leerdoel of interesse.
Daarnaast hoort bij een project vaak een toets over de vooraf vastgestelde leerdoelen. We vinden het namelijk ook belangrijk dat jij de vaardigheid om grotere hoeveelheden stof te leren beheersen. Bij ons krijg je meestal geen cijfer voor die toets, maar we geven je feedback op leerdoelen. Binnen onze projecten en kernvakken zijn alle (verplichte) doelen voor het Nederlandse voortgezet onderwijs opgenomen, waardoor wij, maar ook de leerling en de ouders goed in de gaten kunnen houden hoe de voortgang gaat. Wij komen straks nog even terug op het werken met leerdoelen en de feedback die je daarop krijgt.
Expert- en verdiepingslessen
In de projecten zijn alle leerdoelen van de niet-kernvakken verwerkt. Denk aan geschiedenis, economie, natuurkunde, etcetera. Op het moment dat wij vinden dat je voor een bepaald onderdeel een stukje extra kennis nodig hebt, is er een verdiepingsles over dit onderwerp. Deze lessen zijn dus altijd gekoppeld aan de toepassing binnen een project. Je weet dan waarom je dit moet leren. Natuurlijk is het ook altijd mogelijk om extra uitleg van een vakdocent te vragen. Je bent vast niet de enige met deze vraag.
Genoeg uitdaging voor jou!
Binnen een project kan er op niveau en interesse gedifferentieerd worden. Jouw mentor en vakdocenten houden goed in de gaten of het je te makkelijk of te moeilijk afgaat. Je krijgt dan specifiek op jou toegespitste opdrachten binnen het project.
Ditzelfde geldt als jij een bijzondere interesse hebt. Wij geloven erin dat wanneer jouw nieuwsgierigheid of enthousiasme aangeboord wordt, je beter leert. Waarom zouden we hier geen gebruik van maken? In de projecten zijn hiervoor veel mogelijkheden.